menu
 
ONTDEK ONS GENTSE FEESTEN-PROGRAMMA
Afrikadrukken van de firma Voortman – Texas

Afrikadrukken van de firma Voortman – Texas

De verkoopregisters van de Gentse katoenfabriek Voortman bieden een unieke inkijk in de productie en handel van het bedrijf. Naast de staaltjes bedrukt textiel vermelden de boeken de data van verzending en de namen van handelaren en handelsverenigingen. De registers van de jaren 1870 en 1890 getuigen zo onder meer van een productie specifiek bestemd voor de West-Afrikaanse markt.

Bedrijfshistoriek A. Voortman – nv Texas

De katoendrukkerij of ‘indiennerie’ die Abrabam Voortman in 1790 aan de Vogelenzang in Gent opricht, behoort tot de eerste katoendrukkerijen in de regio. Voortman is afkomstig uit het Nederlandse Weesp en beschikt over technische bagage voor het bedrukken van textiel. Hij vindt in Gent met Frans De Vos, de schoonbroer van Lieven Bauwens, een kapitaalkrachtige compagnon om een werkplaats uit de grond te stampen. In oorsprong bedrukt de firma uit India geïmporteerde katoenen weefsels. Met houten blokken worden de motieven met de hand op de stoffen gedrukt. Een arbeidsintensief proces, maar de bedrukte katoentjes zijn erg in trek. In 1805 stelt de firma Voortman 200 arbeiders tewerk en is het de grootste katoendrukkerij in de stad. Er wordt aanvankelijk gewerkt op bestelling: het bedrijf bedrukt de stoffen van haar klanten in opdracht en neemt hierbij zelf weinig risico. Vanaf 1808 brengt Voortman ook zelf bedrukte stoffen op de markt.

Porseleinkaart van de firma A. Voortman, 1844. Collectie Huis van Alijn, 1983-092-085

De Gentse katoendrukkerijen met hun ‘indiennes’ zwengelen de industriële omwenteling aan. Spinnerijen en weverijen her en der in de stad zorgen voor een lokale productie die de Indische stoffen kan vervangen. Ook Voortman breidt het actieterrein uit, van het louter bedrukken tot het zelf vervaardigen van de weefsels. In 1821 beslist de firma een weverij op te richten, in 1826 volgt een spinnerij. De firma A. Voortman transformeert in 1876 tot de nv Texas, een naamloze vennootschap. De bedrijfsnaam verwijst naar de herkomst van het katoen, dat in de 19e eeuw hoofdzakelijk uit de westelijke staten van de Verenigde Staten naar de Gentse fabrieken aangevoerd wordt.

De spin- en weefactiviteiten krijgen steeds meer de bovenhand, terwijl de katoendrukkerij achterblijft in het investeringsbeleid van de firma Texas. In 1889 beslist men tenslotte de drukkerij te sluiten. Het aantal arbeiders van die afdeling gaat van 105 in 1882 naar 0 in 1890. De nv Texas kent nog een veelbewogen geschiedenis. In 1919 krijgen de spinnerij en weverij een nieuwe eigenaar, de nv Tissage J. Veesaert uit Gent. De naam Texas blijft nog behouden tot de fusie in 1957 met La Louisiane. Het fusiebedrijf Loutex wordt op zijn beurt in 1967 opgenomen in de nv Union Cotonnière (UCO). De productie op de site van het voormalige bedrijf Texas aan de Vogelenzang gaat nog door tot 1988.

Luchtfoto van het fabriekscomplex Voortman-Texas, met ook de directeurswoning met tuin (rechtsboven) en een reeks arbeiderswoningen (linksonder). Collectie Industriemuseum, F00009

Vrijwel alle fabrieksgebouwen verdwijnen in 1994 integraal onder de sloophamer. De vrijgekomen ruimte gaat in hoofdzaak naar het huidige AZ Sint-Lucasziekenhuis en het Psychiatrisch Centrum Gent-Sleidinge. De laatste restanten van de vroeg-19e-eeuwse fabriek worden in 2019 afgebroken om plaats te maken voor een nieuw zorghotel met assistentiewoningen. 

Sporen van Afrikadrukken in de verkoopregisters

De firma Voortman-Texas is één van de weinige 19e-eeuwse textielbedrijven die een uitgebreid archief nalieten. Het bedrijfsarchief wordt bewaard in het Archief Gent. Daarnaast zijn stalenboeken en verkoopregisters van het bedrijf verspreid geraakt over verschillende collecties: het Design Museum Gent, het MoMu in Antwerpen (via de vroegere collectie van het Provinciaal Textielmuseum Vrieselhof) en het Industriemuseum. Ze zijn al uitgebreid bestudeerd door onder meer Frieda Sorber, Hilde Van Braeckel en Rina Cosyns. Archief Gent bewaart ook fabricatieboeken, waarin de coloristen hun recepten voor drukpasta’s en verfkuipen noteerden. Een exemplaar is te zien in de permanente tentoonstelling ‘Over mensen en machines’ in het Industriemuseum.

Aan de hand van de stalenboeken die de eigen productie weergeven in het Gentse stadsarchief en in het Antwerpse Modemuseum wordt duidelijk dat de firma in de 19e eeuw vooral goedkope kledingstoffen maakt in blokdruk, perrotinedruk (machinale blokdruk) en bedrukking met koperen en stalen cilinders. Daarnaast produceert de drukkerij zakdoeken en halsdoeken met hoekmotieven. De collectie van het Industriemuseum bevat van Voortman voornamelijk boeken met stalen die de firma bij tendenzenbureaus bestelde, als inspiratie voor de eigen ontwerpen. Interessanter zijn de verkoopregisters of bestelboeken. Die bevatten kleine staaltjes bedrukt textiel van de eigen productie, samen met de vermelding van de data van verzending, de hoeveelheden en de namen van handelaren en handelsverenigingen. Zo kreeg het Industriemuseum er via een private schenking twee in de collectie, van de jaren 1877-1878 en 1879-1881. Het eerste is permanent te zien op de textielafdeling, het tweede wordt van 31 maart tot 7 juni 2022 getoond in de tijdelijke expo ‘Pagne Africain’.

Verkoopregister met textielstalen van Voortman, juli 1877 – augustus 1878. Collectie Industriemuseum, V37830. Verkoopregister met textielstalen van Voortman, juli 1879 – januari 1881. Collectie Industriemuseum, V37935-001.

Rond 1870 probeert de drukkerij over te schakelen op imitatie-batik en Afrikadruk om nieuwe afzetgebieden aan te boren. In 1869 worden de allereerste bestellingen voor West-Afrika opgetekend. Voortman inspireert zich voor de motieven voornamelijk op de grote variatie aan West-Afrikaanse uitsparingstechnieken. Ook het kleurgebruik van Voortman, met indigo als meest voorkomende kleurstof, lijkt afgestemd op de West-Afrikaanse markt.

De patronen worden bekomen door ervoor te zorgen dat de kleurstof in bepaalde delen van het doek niet kan doordringen. Dit gebeurt traditioneel door het doek af te binden, te vouwen, erop te borduren of door een pasta aan te brengen op de plaatsen waar geen verf mag komen. Bij de imitaties van Voortman worden de patronen via een drukpasta aangebracht, met behulp van drukblokken. Wanneer men na het drogen van de pasta het doek verft, hecht er aan de bedrukte delen geen kleurstof. Het resultaat is een witte tekening door uitsparing op een blauwe ondergrond. Door een twee- of meermaals te gaan drukken en verven, verkrijgt men verschillende tinten van licht- tot donkerblauw.

Hoewel het bedrijf in de tweede helft van de 19e eeuw al grotendeels is omgeschakeld naar machinale blokdruk, wijst een analyse van de stalen erop dat de Afrikadrukken geproduceerd zijn volgens de toen verouderde techniek van de handmatige blokdruk. Dat doet vermoeden dat het volume van die productie eerder bescheiden was. Ook de beslissing om de katoendrukkerij in 1889 te sluiten, bewijst dat de Afrikadrukken van Voortman-Texas geen groot commercieel succes waren. Economische omstandigheden, in combinatie met een te beperkte kennis van de Afrikaanse afzetmarkt, zijn waarschijnlijk de oorzaken.

Detail uit het verkoopregister van juli 1879 – januari 1881 met handelsmerk van de Nieuwe Afrikaansche Handelsvennootschap, een Nederlandse onderneming die handel dreef met Centraal-Afrika. Foto Martin Corlazzoli. Collectie Industriemuseum, V37935-001

In 1890 voert de katoendrukkerij van Texas de laatste bestellingen voor West-Afrika uit. Enkele jaren later, vanaf 1893, slagen de Nederlanders er nochtans wel in met hun imitatie-batiks of wax prints stevig voet aan de grond te krijgen. De doorbraak komt er rond 1900, wanneer alle factoren aanwezig zijn om de Afrikaanse markt te veroveren: een betere kwaliteit van Europese weefsels door technische vooruitgang, betere transport- en communicatiemiddelen en een beter inzicht in de Afrikaanse smaak. Het Nederlandse bedrijf Vlisco (in 1846 gestart als Vlissingen en co) produceert tot vandaag zogenaamde ‘African wax prints’ van hoge kwaliteit.

Bronnen

Cosyns Rina. Afrikadrukken van de firma Voortman: een imitatie van traditionele West-Afrikaanse weefsels. Universiteit Gent, Diss. lic. kunstgeschiedenis en oudheidkunde (promotor Burssens Herman), 1989.

Scholliers Marc. Bedrijfsgeschiedenis van de firma A. Voortman - N. V. Texas. Brussel: VUB Centrum voor hedendaagse sociale geschiedenis, 1977. 

Sorber Frieda. De evolutie van de katoendruk in de Gentse onderneming Voortman 1790-1890. In: Vijfde nationaal kongres voor industriële archeologie : textiel : handelingen, 1977. 

Van Braeckel Hilde. Een vergelijkende studie van Afrikadruk uit Gent en gereserveerde doeken uit Afrika. In: Echt, namaak en vals, VVOHT Bulletin, 1996.

Verhalen uit de collectie

Afrikadrukken van TAE en UCO
De collectie van het Industriemuseum bevat een uitgebreide reeks Afrikadrukken geproduceerd rond de jaren 1950 door...
lees meer

Meer uit deze collectie...

blijf op de hoogte

SCHRIJF JE IN OP DE NIEUWSBRIEF